Audrey van der Vegt kreeg een nieuw hart
Eigenlijk is onze wandeling met Audrey heel symbolisch. Door hartproblemen kon ze een jaar geleden namelijk vrijwel niks. Ze lag een halfjaar in het ziekenhuis, kreeg in februari een nieuw hart en sindsdien voelt ze zich elke dag een beetje beter. Het voelt als een wederopstanding. En dat maakt deze wandeling extra bijzonder.
We treffen een breed lachende Audrey bij Den Alerdinck. Een lach die niet snel van haar gezicht verdwijnt. Ze is positief. Altijd geweest en altijd gebleven. Ondanks alles. “Ik wandel hier graag samen met mijn man”, zo vertelt ze. “Ik heb het heel lang niet gekund, dus tegenwoordig geniet ik daar extra van.” Al op haar vijftiende ontdekte Audrey dat ze problemen had met haar hart. Ze viel vaak flauw en dat bleek te komen door een verdikte hartspier. “Mijn hartslag zakte dan zo ver dat die niet meer te meten was. Vandaar dat ik een pacemaker kreeg”, zo vertelt ze terwijl we over de Den Alerdinckweg lopen. “Ik had er eigenlijk wel vertrouwen in. Mijn vader had er ook één en hij kon er altijd goed mee leven. Dat gold in eerste instantie ook voor mij, maar naarmate ik ouder werd, kreeg ik steeds vaker vermoeidheidsklachten. Ik zocht er niet zoveel achter, maar tijdens mijn derde zwangerschap ging het mis. Mijn hartspier bleek zwaar verdikt en dat was een groot risico voor mij en de kleine. Ik moest in het ziekenhuis blijven tot de bevalling. Gelukkig liep dat allemaal goed af, maar ondertussen kregen ook steeds meer familieleden te maken met hartproblemen. Het bleek een gen, eentje die ik en heel veel mensen in de familie dragen. Je hoeft geen klachten te krijgen, maar je kan het gen wél overdragen. Mijn drie kinderen hebben het ook. De oudste heeft inmiddels een pacemaker.”
Audrey 2.0
Met de jaren kwamen en gingen Audrey’s klachten in golfbewegingen. Tot vorig jaar. Ze begon vocht vast te houden en lag krom van de buikpijn. Vanaf dat moment was het ziekenhuis in, vocht afdrijven en ziekenhuis weer uit. “Vier dagen later zat er weer zes kilo vocht aan en begon het riedeltje opnieuw”, zo vertelt Audrey terwijl we De Kromme Allee inlopen. “Bij Isala deden ze desondanks geen verdere onderzoeken. Het was vreselijk frustrerend, vandaar dat mijn man en ik contact zochten met een ziekenhuis in Utrecht. Daar was de conclusie snel getrokken: ik kreeg een steunhart.”
Audrey valt even stil terwijl ze naar de boog van bomen kijkt. “Vanaf dat moment ben ik een heel stuk kwijt, want die operatie ging helemaal mis. Mijn man, kinderen, moeder en zussen stonden aan mijn bed, om afscheid te nemen. Een hart-longmachine hield me in leven. De enige oplossing was een harttransplantatie. Utrecht durfde dit niet aan en dus ging ik naar Duitsland, op twee uur en een kwartier rijden van thuis. En dan begint het wachten op een hart. Elke ochtend zag ik de foto’s van mijn man en kinderen en dat hield me op de been. Voor hen hield ik vol. Het was een hele zware tijd, maar ik bleef geloven dat het goedkwam. Ook toen er twee keer een hart werd afgekeurd. Op 21 februari was het eindelijk raak en werd ik geopereerd. Mijn man kon zijn ogen niet geloven toen hij me daarna zag. Het verschil was zó groot. Ik was dan wel 28 kilo kwijt, maar ik voelde me meteen zoveel beter. Sindsdien zie ik 21 februari als de eerste verjaardag van Audrey 2.0, haha!” Een maand na haar operatie mocht Audrey eindelijk naar huis. Ze was er een halfjaar niet geweest. “De hele straat was versierd en er lag een rode loper uit. Veel van mijn vrienden en familie waren er”, zo glundert ze. Inmiddels zijn we uitgekomen op de Zuthemerweg en wandelen we rustig terug naar ons beginpunt. “Ik had geen enkele conditie of spierkracht meer, dus de revalidatie was lang en zwaar. Nog altijd ga ik twee keer in de week naar de fysio, maar gelukkig voel ik me elke dag beter en sterker. Ik denk nog vaak: wow, ik kan dit gewoon weer. Iets simpels als de trap oplopen zonder moe te zijn bijvoorbeeld. Of een wandeling zoals deze. Voor mij is dat bijzonder. Al moet ik wel altijd goed blijven oppassen, bacteriën kunnen gevaarlijk zijn. Eigenlijk moet ik altijd leven zoals een zwangere vrouw. Maar verder? Ik vertrouw erop dat mijn hart doet wat ‘ie moet doen. Samen met mijn gezin probeer ik het ‘normale’ leven weer zo goed mogelijk op te pakken. Het afgelopen jaar heeft flinke sporen nagelaten, maar met vallen en opstaan gaan we positief de toekomst tegemoet.”