De gouden formule van het Heinose vrijwilligerskorps is niet ingewikkeld
Brandweer Heino koestert de teamprestatie
Natuurlijk moet je in het begin zelf de afweging maken of een functie als brandweerman c.q. –vrouw wel iets voor jou is. In principe is het meteen de laatste individuele beslissing, want zodra je lid wordt van het legioen der brandweermensen, dan ben je onderdeel van het team. “De saamhorigheid staat bij ons hoog in het vaandel. Dat heb je nodig om een goede teamprestatie te kunnen leveren”, aldus Paul Nijensteen die te boek staat als ploegleider post Heino.
Ploegleider, het lijkt wel of hij onderdeel uitmaakt van een wielerpeloton. De titel ‘ploegleider post Heino’ is in het leven geroepen nadat alle afzonderlijke brandweerkorpsen in de regio onderdeel zijn geworden van de Veiligheidsregio IJsselland. Dat betekent een gezelschap van 36 posten, waarbij Deventer en Zwolle werken met beroepsbrandweer-lieden. De rest – en dus ook Heino – doet het met vrijwilligers. Beroepskrachten en vrijwilligers volgen wel dezelfde opleidingen en qua professionaliteit wordt hetzelfde verwacht.
Als je met vrijwilligers werkt, heb je een andere band met elkaar. Op de wekelijkse oefen- en instructieavond (maandag) wordt gezellig nog even nagekletst. Als er iemand 50 wordt, dan komt er steevast een pop met een fraai tekstbord in de tuin en de Heinose brandweerlieden hebben zelfs al eens meegedaan met de plaatselijke carnavalsoptocht. “Toen was onze Barrie Dijkman Prins Carnaval. Ja, het is wel een bijzonder cluppie”, zegt Nijensteen lachend en met een gevoel van trots.
Hij is inmiddels 56 en al meer dan dertig jaar verbonden aan de Heinose brandweer. “De leeftijdsgrens was 55, maar dat is nu losgelaten. Ons oudste lid is al 62 jaar, maar nog volop in actie.” Met de ervaring zit het dus wel goed, maar de ploegleider maakt zich meer zorgen om de opvolging. Hij heet enthousiaste twintigers en dertigers dan ook van harte welkom.
Ondanks de behoefte aan jonge aanwas wil Nijensteen het plaatje niet mooier maken dan het is. Voor romantici is geen plaats. “We voelen het als een maatschappelijke plicht klaar te staan wanneer wordt verwacht dat we hulp verlenen. In de praktijk betekent dit dat we binnen vier minuten vanaf de kazerne moeten kunnen uitrukken. Aan ramptoeristen hebben we helemaal niets!”
Stofexplosie
Je moet er ook wel wat voor over hebben om uiteindelijk te worden toegelaten tot de vrijwillige brandweer. “Vroeger had je één keuring en als je goed binnen de groep paste, dan kreeg je de pieper al uitgereikt, maar dat is tegenwoordig wel anders. Je wordt breed geschoold in bijvoorbeeld EHBO, AED en kennis van brandbestrijding. Je moet twee jaar een opleiding volgen. Dit kan zowel in dag- als avondopleiding, waarbij je de avondopleiding volgt naast de vaste oefenavond. Dat is best pittig.”
Wat zeker ook pittig is, zijn de ernstige ongevallen en heftige branden waarmee je als brandweerman c.q. –vrouw mee te maken kunt krijgen. Gelukkig heeft Heino niet veel barre situaties meegemaakt. Nijensteen weet zich er nog wel een aantal te herinneren. Zoals de stof-explosie bij de voormalige melkfabriek Heino Krause. “Een enorme schade, maar wonder boven wonder viel er geen persoonlijk leed te betreuren. Dat is me achteraf echt vijfhonderd procent meegevallen.”
Of die treinongelukken op onbewaakte spoorwegovergangen of verkeersongelukken met soms dodelijke afloop. “Dan kun je nog zo goed getraind zijn, maar dat doet je wel wat. Geen mens is van steen en soms kan de emmer even overlopen. Met elkaar zijn we daar ook alert op en hebben we de voelsprieten uit staan. Gelukkig kunnen we bij zware ongevallen aanspraak maken op nazorg en eventueel zelfs individuele begeleiding. Dat is allemaal prima geregeld.”
Los van het fysieke aspect wordt dus ook mentaal wel het een en ander gevraagd van de brandweerlieden. “Het complete plaatje is wel dat je in een aardige conditie moet zijn, iets met techniek hebt, een doorzetter bent en geestelijk sterk in je schoenen staat. En ik blijf hameren op het teamgevoel. Je moet in een team kunnen opereren. Als individu stel je bij de brandweer helemaal niets voor.”
Mooie uitlaatklep
Het korps komt natuurlijk in actie als er sprake is van een brand of ongeval in de omgeving van Heino, maar springt ook regelmatig bij als in de regio behoefte is aan assistentie. Tevens wordt de kazerne aan de Marktstraat deels benut als stalling voor twee voertuigen van de Veiligheidsregio IJsselland. Het zijn de taken die bij het Heinose kors horen.
Nijensteen is trots als het gesprek aankomt bij het onderwerp verzorgingsgroep. “Als in de regio sprake is van een groot incident, dan nemen wij de verantwoordelijkheid voor de verzorging. We regelen dat er voldoende broodjes en drankjes zijn om de inwendige mens te versterken en we zorgen voor een warme tent en de brandstofvoorziening. Dat doen we als enige korps binnen IJsselland.”
IJs en weder dienende weet de ploegleider dat hij nog een aantal mooie jaren bij brandweerkorps Heino voor de boeg heeft. Jaren die hij graag ook wil gebruiken om jonge, frisse talenten te begeleiden in het uitdagende werk van een brandweerman c.q. –vrouw. “Ik vind het nog steeds een hele mooie uitlaatklep.”