Kijkje achter de schermen met Jolande Bouwhuis, internist-infectioloog bij Isala
Ze zit er deze woensdagmiddag eind april ontspannen bij. Het is misschien niet het beeld dat je verwacht bij een arts die dagelijks de ongelijke strijd met het coronavirus moet aangaan. Dat relaxte kunnen we wat haar betreft zeker zien als een positief signaal. “Ik heb een hectische en stressvolle periode gehad, maar dat lijkt achter de rug. Ik kom eindelijk een beetje tot rust”, vertelt Jolande Bouwhuis.
De geboren en getogen Heinose is in Isala in Zwolle werkzaam als internist-infectioloog en acuut geneeskundige. Dat ze tot rust komt, loopt gelijk op met de tendens dat we voorzichtig een beetje positief mogen zijn. Toch lopen we natuurlijk nog altijd het risico dat het beeld bij de verschijning van deze editie totaal anders kan zijn.
Ook Jolande vindt het – ondanks haar positieve levensinstelling – veel te vroeg om de vlag uit te hangen. “We zijn er nog lang niet van af. Om dat te bewerkstelligen, hebben we een vaccin nodig. Gelukkig zijn er grote onderzoeken gaande en ik vind het mooi om die ontwikkeling te volgen, maar er is geen uitspraak te doen over de termijn. Zelf reken ik er niet op dat we het vaccin dit jaar nog kunnen verwelkomen.”
Puzzeltje oplossen
Voor een buitenstaander klinkt een beroep als infectioloog waarschijnlijk wel een beetje eng. Ze benadrukt echter dat het juist een heel positief vak is. “Ik vergelijk het wel eens met een puzzeltje oplossen. Je beschikt over bepaalde gegevens en aan de hand daarvan moet je een diagnose stellen en een behandelplan opstellen. Het gaat om hele intensieve zorg, maar het mooie is dat bijna alles is te genezen.”
Met corona ligt dat (vooralsnog) beduidend anders. Is het dan een kwestie van pappen en nathouden? “Nou, dat is het zeker niet”, veert ze op uit haar stoel. “We doen echt heel veel, maar het ziektebeeld is behoorlijk grillig. Je schrikt echt hoe snel iemand achteruit kan gaan als je aan het eind van de middag naar huis gaat en de volgende ochtend terug komt. Het is gewoon een hele vervelende ziekte.”
Vanuit haar disciplines was Jolande de afgelopen maanden minimaal vijf dagen in de week met corona bezig. Niet op de intensive care, maar wel nauw betrokken bij acute opnames op de speciale corona-afdeling. Wat het in haar ogen extra zwaar maakt, zijn de vele gedwongen ad-hoc beslissingen. “Een pandemie houdt zich niet bepaald aan een draaiboek. Achteraf gezien had ik alle ervaringen misschien moeten bijhouden in een soort dagboek. Dat was wel goed geweest. Ook om het zelf te verwerken. Maar, in het begin sta je zo onder druk en stress dat zoiets geen seconde in je op komt.”
Wereldwijde vlucht
Jolande Bouwhuis schetst een heel realistisch beeld en steekt ook niet onder stoelen of banken dat iedereen de verwoestende werking van het coronavirus heeft onderschat. “Rond de Kerst kwamen de eerste berichten in het nieuws over een virus à la SARS. Werkelijk niemand had toen kunnen bedenken dat het zo’n wereldwijde vlucht zou nemen. Het bleek bijvoorbeeld veel sneller overdraagbaar dan SARS”, aldus de Isala-arts die zelf geen angstige momenten heeft gekend. “Natuurlijk denk je er wel over na. Het scheelt dat ik niet werkzaam ben op de intensive care. Daar loop je gewoon meer risico.”
Hier, in Overijssel, mogen we ons nog enigszins gelukkig prijzen. Zeker als je het vergelijkt met de uitbraak in met name het zuiden van het land. “Daar hebben we in andere delen van het land weer van geleerd. Ik zie van dichtbij in ieder geval dat Isala het heel goed onder controle heeft. Dat het leven in het ziekenhuis zich weer wat lijkt te normaliseren. Zo ben ik zelf ook al weer voor één dag actief op de Eerste Hulp. Net als voor de coronatijd. Dat is een dag waarbij je één ding zeker weet: je weet niet hoe het begint en je weet niet hoe het eindigt. Een hele goede afwisseling met de andere dagen waarbij alles heel georganiseerd verloopt. Het houdt me scherp.”
Door de ervaringen in met name Brabant was Isala er als de kippen bij om een aantal knopen door te hakken. “Er kwamen direct allerlei maatregelen om het personeel te beschermen en de werkprocessen zijn aangepast om zo goed mogelijk door te kunnen draaien. De weerstand was bijzonder gering. Je merkt aan alles dat iedereen positief is ingesteld om er samen iets van te maken. Bovendien is een aantal veranderingen zelfs heel positief. Het is logischer geworden om thuis te werken en te vergaderen met beeldbellen. Dat was in het ziekenhuis voorheen niet vanzelfsprekend.”
Littekens
Ze heeft een intensieve periode achter de rug en laten we hopen dat het in die hevigheid niet meer terugkeert, want Jolande erkent dat het wel een paar littekens heeft achtergelaten. “Het is lastig om er los van te komen, maar gelukkig ben ik positief ingesteld. Door de coronacrisis heb ik wel veel collega’s leren kennen en werken we intensiever samen. Dan krijg je echt meer waardering voor elkaars werkzaamheden. Dat is voor ons dan misschien het goede van deze periode…”
Haar wieg stond in Heino, ze ging in Heino naar basisschool Brinkzicht en in Raalte naar het FRC (nu Carmel). Daar werd al snel duidelijk dat ze iets wilde doen in de hulpverlening. Het werd dus een studie geneeskunde in Nijmegen. Met in het achterhoofd stiekem het idee om Salland voorgoed achter zich te laten. Het lot dacht daar echter anders over, want na de basisopleiding en twee jaar coschappen koos ze voor de richting interne geneeskunde. En laat ze die nu heel mooi bij Isala in Zwolle in de praktijk kunnen brengen…
Om vervolgens niet meer weg te gaan uit Zwolle. Alleen voor een tijdelijke terugkeer naar Nijmegen om zich te verdiepen in de infectiologie. “Het blijft natuurlijk een hele mooie streek. En in de omgang met patiënten is het gemakkelijk dat ik het dialect kan verstaan. In het begin van de opleiding heb ik nog overwogen om huisarts te worden, maar ik ben echt van de ziekenhuiswereld gaan houden.”
Maar ja, dan heb je de jeugd doorgebracht in Heino, ben je woonachtig in Raalte en werk je in Zwolle. Dan moet de kans toch heel groot zijn dat je aan het (corona)ziekbed van een bekende komt te staan. Is dat niet vreselijk moeilijk? “Nou, het is niet anders als anders”, klinkt het als een echte nuchtere Sallandse. “Of het nu dit ziektebeeld is of een andere ziekte, ik gedraag me niet anders. Ik zie een patiënt liggen en niet een eventuele bekende.”