“Hij blij, wij blij, maar het was wel een bijzondere verhuiservaring zo”
Paul Journée en Sebastian Robu hadden hun oog laten vallen op Dorpsstraat 61 in Heino, zij wilden het wel kopen. Ze zochten contact met de bewoner, Piet Sinnige. “Misschien wilde hij wel verkopen”, zegt Paul. “We raakten in gesprek, hij twijfelde en we kwamen tot niks…”
Paul hoopte zó dat hij het pand ooit van Piet Sinnige zou overnemen. “We waren moeizaam in contact gekomen en toen brak corona uit”, vertelt Paul, die samenwoont met zijn vriend Sebastian. “Tsja, toen ging de deur dicht. Dat wordt ‘m niet, dacht ik, helaas. Ja, heel teleurgesteld.”
Na de coronapandemie zochten Paul en Sebastian voorzichtig weer contact met Sinnige. Een spannende tijd volgde. Piet wilde wel, wilde niet, of toch wel en toen weer niet. Ja, toch, op zijn eigen manier, maar hoe dan? “Zonder makelaar”, zegt Paul. “Piet was zijn eigen makelaar en vroeg ons een prijs. Dat was het. We hebben zelf een taxatie laten doen.”
“Ik heb op verzoek die taxatie gedaan”, bevestigt Wilco Lindeboom van Lindenhorst Makelaars. “Het is een groot pand, verouderd. Geen bouwval, dat niet. Een grote kelder onder het huis. De bovenverdieping heeft zes kamers waarvan één toegang geeft tot de trap naar de vliering. Daar is nog meer ruimte. En de tuin is ook groot. Van die taxatie wilde Piet niks weten”, zegt Paul. “Hij hield vast aan zijn eigen regels, zijn eigen vraagprijs. We plukten van internet een koopovereenkomst, die Piet met handgeschreven opmerkingen aanpaste. Op de dag dat we zouden tekenen voor overname, belden we aan bij hem, maar deed hij niet open. Wij weer in de stress. Ging het toch niet door? Toen we later terugkwamen, zei hij doodleuk dat hij nog yoga aan het doen was.” Eenmaal getekend en overgedragen vertrok Piet Sinnige subiet naar Frankrijk en liet Dorpsstraat 61 desolaat achter. “Hij mocht alles laten staan. Dat hadden we zo afgesproken”, zegt Paul. “Maar dat het zó zou uitpakken… Het huis stond bomvol met oude pröttel. Hij had zoveel verzameld. En extra vreemd; de vuile vaat stond nog op het aanrecht, de vuilnisbak zat vol en etenswaren lagen nog in de koelkast. Hij is zo vertrokken. Hup, naar Frankrijk.”
Na het tekenen van het contract deed Piet een videocall met zijn broer Paul Sinnige en diens vrouw. “Zij woonden al in Frankrijk en waren enorm blij voor ons, maar ook voor henzelf, want ze kenden de plannen van Piet. Vermoedelijk had Piet precies dit zetje van de verkoop nodig om te gáán. En hij gunde het ons, het ging heel harmonieus. Later kwam het gezin Sinnige, Han, Afra en Paul, bij ons langs om de voortgang te bekijken. Ze waren heel dankbaar dat het huis waar ze opgroeiden in goede handen was. Zij blij, wij blij, maar het was wel bijzonder zo.”
Smaakvol
Paul en Sebastian weten hoe je sfeer in huis kan brengen. Bij binnenkomst in de woning ontvouwt zich een nieuwe wereld. Paul werkt al 25 jaar bij Kasteel Het Nijenhuis als assistent collectiebeheer en dat zie je terug in dit huis. Een smaakvol gerenoveerde huiskamer met open keuken. De blauwe muren geven een chique, cosy uitstraling en vormen een geheel met de donkere houten vloer en de klassieke inrichting. Koffie krijgen we voorgeschoteld in statige, porseleinen kopjes. “De twee lichtkoepels in deze huiskamer hadden lekkage”, vertelt Paul. “Het dak en de ramen waren slecht, maar niks was echt verrot. De huiskamer is opgeknapt. Het dak wordt binnenkort gerenoveerd en dan kunnen we boven verder. Zo zijn we aan het verbouwen, stap voor stap.” Een deel van de voormalige winkel is inmiddels omgebouwd tot een sfeervol bibliotheekje. De rest van het vroegere winkelgedeelte gebruiken Paul en Sebastian voor eigen opslag. “Ik ben ook een verzamelaar”, grinnikt Paul. “Allemaal hobby, geen winkel.” Achter de woning loopt de tuin ver door naar achteren, achter de schuur ligt nog een heel terrein, je zou er bijna een tennisveld aan kunnen leggen. “Die boom is een Sequoia”, wijst Paul op een statige boom in de tuin. “Daar was Piet heel trots op.”
Kapsalon
Vanaf 1920 runde Martha Ohms een kapperszaak in Dorpsstraat 61, met aparte salons voor heren en dames. Cor en Annie Sinnige namen in 1951 de zaak over en in 1981 zette hun zoon Han de dameskapsalon van zijn moeder voort. Sinds de jaren negentig gebruikte Piet Sinnige een deel van het pand als winkel voor antiek en curiosa. De twee-onder-een-kap (Dorpsstraat 59 en 61) is overigens niet tweemaal de helft; 35 procent van het gebouw is nummer 59, de andere 65 procent hoort bij nummer 61.
Een reactie achterlaten?