Hoezo paardrijden in Heino?
Paardrijden rond Heino en Lierderholthuis
Tjitske en Welmoed. Zo heten de dames waarmee we vandaag gaan stappen rondom Heino. Of draven, net hoe het uitkomt. Danielle van Vilsteren van Stal Herenbrink in Lierderholthuis is mijn gids tijdens de rit met deze twee prachtige Friezen.
Afwisseling
‘Heino en Lierderholthuis hebben een heel mooie omgeving voor buitenritten,’ vertelt ze voor we vertrekken. ‘Natuurlijk moet je daarbij altijd wel in de gaten houden of paarden welkom zijn op bepaalde plekken, maar er is genoeg keus. Je hebt hier harde wegen, zandwegen; juist die afwisseling in ondergrond is fijn. Stappen op de weg is goed voor de pezen. Zand of modder zijn weer prettig om te draven of te galopperen.’ De route die ze samen met vader Gé Hollak uitzette, heeft het allemaal. ‘De variatie zorgt ervoor dat er ook steeds rust wordt ingebouwd op een harde ondergrond,’ legt hij uit. Veiligheid is erg belangrijk voor je te paard of te pony op weg gaat. Je hebt tenslotte met levende wezens te maken en bent dan ook een kwetsbare verkeersdeelnemer. Gé: ‘Een paard is een vluchtdier, als hij schrikt wil hij weg.’ Danielle voegt eraan toe: ‘Tijdens het rijden moet je dus heel alert zijn, niet alleen maar zitten kletsen. Altijd vooruit kijken; komt er een trein of auto? Staat er ergens een hond? Maar je moet het ook weer niet enger maken dan het is. Dus juist met je paard er rustig op af sturen en dan veel praten.’ We gaan vanuit de stal eerst een stukje over de Herenbrinksweg. Vlak voor we afslaan naar de Nieuwe Wetering vinden Tjitske en Welmoed de spoorwegbomen een stukje verderop best wat spannend maar de dames lopen even later toch gewoon langs het water van de wetering. Vanaf een paard kijk je vanzelf weer anders naar de omgeving om je heen. Niet alleen omdat je hoog in het zadel zit, maar ook omdat je op dingen gaat letten die je anders niet meteen opvallen. Prikkeldraad langs een weiland, een enthousiaste hond die op een erf mee rent, een wegduikende eend in het water of een verkeersbord dat toch wel erg blijkt uit te steken als je passeert.
Station
Over de brug van de Rozendaelseweg slaan we direct weer rechtsaf de Bornweg in. Op de erven aan het begin blijken een paar honden te zijn, maar die reageren amper. Waarschijnlijk zijn ze paarden gewend. Als wij op de zandweg komen, is duidelijk te zien dat het al een lange tijd droog is geweest. Hoe rijdt het hier wanneer er veel regen is gevallen en de weg flink modderig is? Danielle: ‘Voor paarden is dat helemaal niet erg. Bovendien stuift het minder. Sommige paarden gaan maar wat graag dwars door de plassen heen….’ Lachend: ‘Dat moet je als ruiter ook maar net goed vinden. Maar wat is er nou fijner dan met regen en wind naar buiten te gaan met je paard? Lekker even je hoofd leeg maken!’ De Bornweg is rustig en voert dwars door het bos. Hier kun je fijn draven of galopperen. Anders wordt het een heel stuk verderop als we de Stationsweg op draaien. Daar zullen we het spoor overgaan. Voor sommige paarden is dat best een spannend stuk. ‘Op zich kun je best met een jong paard de weg op gaan, maar heel belangrijk is dat er dan wel een ervaren, braaf paard meegaat. Die kan het onervaren dier door lastige situaties heen loodsen.’ We ‘boffen’ omdat er juist twee treinen passeren bij station Heino. Spoorbomen dicht, seingeluiden. Langs de kant wachten we tot alles weer rustig is. Andere weggebruikers houden rekening met ons. Wat kun je als automobilist eigenlijk het beste doen als je ruiters tegenkomt? ‘Afstand houden is belangrijk, dus ruimte laten bij het passeren en niet vlak achter een ruiter met paard gaan zitten. Je weet nooit hoe een paard reageren zal.’
Varkens
Na de spoorwegovergang gaan we meteen rechtsaf de Parallelweg in. Weer een rustige zandweg door weilanden en bomen. Als we draven stuift het zand op. Even lijkt het wildwest in Heino… We gaan de Woolthuisweg in om via het Jacobsgat en de hertjes bij Overesch aan te komen. Daar liggen varkens heerlijk buiten in de modder. ‘De wind staat nu goed, maar toch moet je even opletten. Sommige paarden kunnen reageren op varkenslucht.’ We gaan er rustig voorbij. Even verderop komen we paard en wagen tegen, daar is deze route ook prima geschikt voor. Het is Gé die menles geeft, hij maakt hetzelfde rondje maar dan andersom. Dan slaan we rechtsaf de Hondemotsweg in. Deze gaat verderop over in de Schaarshoekweg. Via deze klinkerweg stappen wij naar de Bornweg waar we via dezelfde route weer teruggaan naar Stal Herenbrink. Alles bij elkaar hebben we in een ontspannen tempo een prachtige buitenrit gemaakt. ‘De rit duurt normaal zo’n twee uur. Als je de zandstukken draaft of galoppeert ben je met een uur thuis. Bij jongere paarden kun je ervoor kiezen om bij de kruising Parallelweg/Woolthuisweg rechtsomkeert te maken en weer terug te gaan.’ Mogelijkheden genoeg al met al. Danielle heeft niets teveel gezegd; het is inderdaad prachtig paardrijden rondom Heino!