Heinose Willemijn ten Hoopen bestormt nationale top gewichtheffen
Klein van stuk, maar groots in daden!
Het is een druilerige, waterkoude maandagavond in november. We zijn te gast in Leef! Sportcentrum in Wijhe. De bewijsdrang van de opgepompte spierbundels is deze avond wederom bijzonder groot. Achterin de zaal staat een jongedame. Klein van stuk, ergens tussen de 1.50 en 1.60 meter. Ze doet aan gewichtheffen. Zouden de mannen om haar heen weten dat ze hier wel te maken hebben met Willemijn ten Hoopen uit Heino, een nationale topper in het gewichtheffen bij de vrouwen?
Ze kan het zich niet eens meer goed voor de geest halen. Het moet ergens rond haar 18de levensjaar zijn dat ze al droomde over gewichtheffen. Wellicht dat haar Koreaanse roots onbewust een rol spelen, want de sport heeft daar een status die bijna te vergelijken is met voetbal in Nederland.
Met de wetenschap van nu en haar huidige status op de nationale ranglijst (negende volgens de Sinclair-factor waarbij verschillende gewichtsklassen met elkaar worden vergeleken) spijt het haar nog elke dag dat ze niet eerder is begonnen. “Maar”, klinkt het eerlijk en realistisch: “Nu ben ik heel serieus met deze sport bezig, maar ik weet niet of ik dan dezelfde toewijding zou hebben gehad.”
Haar eerste les kreeg Willemijn (29) van Karen Tovmasjan, jarenlang plaatsgenoot en Nederlands beste gewichtheffer die vanwege een blessure helaas niet kon uitkomen op de Olympische spelen van Rio de Janeiro. En ze was meteen verkocht! “Wat me aantrok? Nou, ik weet van mezelf dat ik niet zo’n duursporter ben en het mooie van gewichtheffen is dat je kracht en explosiviteit combineert en daarna weer op het bankje kan uitrusten.”
Inmiddels traint ze al ruim 2,5 jaar op hoog niveau, momenteel met de 19-jarige Derenik Ghazaryan uit Raalte die zijn kunsten al eens op een Europees podium heeft vertoond. “Het is een droom om samen een keer op een EK uit te komen. Over twee jaar, daar gaan we voor”, klinkt het zelfverzekerd uit de mond van de Heinose die in verband met een officiersopleiding bij de brandweer moet zoeken naar momenten om te trainen. “Op het hoogtepunt heb ik vijf keer in de week getraind, maar dat red ik niet meer. Ik ben al blij als ik drie keer in de week haal. Daar baal ik stevig van. Het is een proces waar ik doorheen moet.”
Wedstrijdspanning
Volgens trainingsmaatje en coach Derenik is Willemijn een natuurtalent. “Ze pikt alles heel snel op. Dat ze in Nederland zo snel aan de top is gekomen, dat is razendknap.” Ondanks zijn jeugdige leeftijd durft de Raaltenaar het ook wel aan om kritisch te zijn. “Ze moet vooral nog groeien op mentaal gebied. In de training trekt ze bijvoorbeeld 55 kilo, terwijl ze door de spanning in een wedstrijd onder de vijftig kilo blijft steken.” Zelf weet ze ook wel waar het nog aan schort. “Tijdens wedstrijden krijg ik van anderen regelmatig complimenten voor mijn techniek, maar het ontbreekt me nog aan de kracht. Dat is een kwestie van meer trainen, waarbij je meer door diversiteit van de oefeningen en herhaling dan door het aantal kilo’s kracht opbouwt.”
Wie het gewichtheffen wel eens op televisie heeft gezien – misschien een EK of WK via Eurosport of eens in de vier jaar tijdens de Olympische Spelen – weet dat het gaat om trekken (snatch) en stoten (clean and jerk). Beide scores samen bepalen de einduitslag, waarbij de jury bepaalt of de oefeningen technisch optimaal zijn uitgevoerd. “Moeilijk is het niet. Buitenspel is een stuk ingewikkelder.” De records voor Willemijn liggen op respectievelijk 52 kilo bij het trekken en 64 kilo bij het stoten. “Ik mag hopen dat ik dit jaar nog in de buurt kom van deze scores. Realistisch is het niet echt gezien mijn huidige trainingsarbeid, maar ik ga er voor. Vaak bu’j te bange!”
Ze pakt haar telefoon om een filmpje te laten zien dat de NOS heeft gebruikt voor de Olympische Spelen: http://nos.nl/
rio2016/sporten/gewichtheffen. In woord en beeld wordt duidelijk uitgelegd hoe de sport in elkaar steekt. Is het een sexy sport om naar te kijken? Mwaaah… Willemijn toont zich echter een ware ambassadeur. “Het is een van de meest pure individuele sporten. De uitdaging is om op techniek zoveel mogelijk kilo’s te trekken en te stoten. En zeker niet om zo breed mogelijk te worden zoals bij bodybuilding waarmee het grote publiek onze sport nog wel eens verwart. Brrr, ik moet er niet aan denken”, geeft ze aan te gruwelen bij het idee van een opgepompt en met olie ingesmeerd lijf dat je ook nog eens moet showen aan jury en publiek
Boterham met kaas
Ze geeft eerlijk toe dat haar ouders wel even met de wenkbrauwen hebben gefronst toen ze aankondigde aan gewichtheffen te doen. Maar ja, ze was oud en wijs genoeg om haar eigen keuzes te maken. “En toen ze een kijkje namen, , dachten ze er ineens heel anders over”, vertelt Willemijn openhartig terwijl ze benadrukt dat het geen gevaarlijke sport is. “Mits je het technisch goed uitvoert, krijg je niet meer blessures dan bij pakweg tennis of volleybal. Al prijs ik mezelf wel gelukkig dat ik over sterke rug en benen beschik.”
Hoewel ze zeker in haar gewichtsklasse deel uitmaakt van de nationale top en ze graag nog eens op een EK in actie komt, wil de Heinose zich niet typeren als topsporter. Uit haar woorden blijkt dat haar sportcarrière enigszins een dubbele bodem heeft. “Ik vind mijn werk bij de brandweer gewoon veel te leuk om als topsporter te kunnen leven. Ik leer daar zoveel mooie dingen. Voor mij is het gewichtheffen een hele mooie hobby. Al train ik wel graag en hard om beter te worden. Doping? Tja, die verhalen ken ik natuurlijk ook wel. Maar, ik houd het gewoon bij een boterham met kaas, een banaan en af en toe een eiwitshake. Ik doe geen rare dingen met mijn lijf.”
Gezien haar huidige leven – een mooie loopbaan bij het Brandweerkorps IJsselland ligt in het verschiet – is het dus lastig om die laatste sprong naar de echte top te maken. En haar leeftijd werkt dan ook niet echt mee. Of??? “Gelukkig ben je niet gauw te oud voor gewichtheffen, want op een gegeven moment kan ik de overstap maken naar de Masters. Zeg maar de veteranen. Wellicht dat in die categorie meer kans is op deelname aan een EK. Het maakt mij eigenlijk niet zoveel uit welke klassering ik haal. Al word ik laatste. Het lijkt me fantastisch om een keer mee te maken”, blijft ze haar ambities uitspreken.